Analyse: De Corona-crisis en wat u moet weten over de paradoxale façade van de Chinese parade
door Peter-Vincent Schuld
China, een uitgestrekt prachtig land met een rijke geschiedenis, een briljante oude cultuur, met veel wijsheden. Een cultuur die velen van u vaak niet begrijpen. Veel politici al helemaal niet. Het is geen Benidorm met Frietje van Pietje. Het is een land met eigenwaarde, eigenaardigheden, dynamiek en verborgen realiteiten. Maar ook een land waar de gezichten georganiseerd en georkestreerd de zelfde kant uit staan. De Chinese paradepas veelt geen “valse tonen of bewegingen”.
De Chinese autoriteiten hebben een storm van internationale kritiek te verduren gekregen inzake de communicatie over het COVID-19-virus. Er wordt verwezen naar de markten waar “aparte soorten van vlees” verhandeld worden. Een verhaal over een laboratorium dat de hygiëne niet goed op orde zou hebben. Een land waar dissidenten het zwijgen wordt opgelegd. Het zijn uitingen van kritiek die niet mals zijn.
Ja, het eten van honden, katten, vleermuizen en andere dieren is onwenselijk vanuit elk perspectief. Het vormt een hele slechte zaak uit oogpunt van dierenwelzijn en volksgezondheid.
Laten we even het bekende discours verlaten van “jij hebt gelijk en jij hebt ongelijk”. Nee we gaan een stapje hoger en een stapje dieper. Alvorens iets over China te willen zeggen zult u eerst de Chinezen moeten begrijpen.
De afgelopen week waren er reeds berichten op sociale media en in de pers waar te nemen over enorme schadeclaims richting de Chinese Volksrepubliek. Waar wij in onze westerse samenleving gewend zijn keihard een ander te confronteren, werkt dat in China op veel vlakken totaal anders en volstrekt contraproductief.
Onderhandelen met China moet je niet aan de eerste de beste verkozen parlementariër of bewindsman overlaten. Dan bereik je namelijk helemaal niets. De Chinese autoriteiten, zo ik het kan inschatten vinden het verschrikkelijk wat er gebeurd is. Alleen zij zullen de maatregelen niet allemaal met u delen. Hoe komt dat?
Steekwoord in deze is gezichtsverlies. In de Chinese en veel andere Oost-Aziatische culturen is er niets erger en meer vernederend dan gezichtsverlies. Of het nu om de Chinese man of vrouw in de straat gaat of dat het nu de Chinese autoriteiten betreffen. U kunt het afdoen als “onzin” maar het is een historisch-culturele realiteit in een enorm machtsblok waarmee u van doen heeft en die u nooit of te nimmer kunt ontwijken.
De Chinezen zullen dus proberen zonder gezichtsverlies deze zaak op hun manier proberen te regelen. Dat gaat in paradepas. Schouders recht. Hoofd omhoog. De Chinezen zullen desnoods over alle individuele en andere belangen binnen en buiten het land heen walsen wat de mars moet voort, zonder verstoring van het aangezicht.
Krachtig en machtig. Maar de toon van de buitenlandse diplomatie bepaalt de kracht waarmee de Chinese laarzen zullen marcheren en welke route zij zullen nemen.
“Waarom zouden wij oorlog voeren als we economisch een steeds grotere factor van belang vormen?” Dat is een beetje de manier van Chinese manier van redeneren. Immers oorlog brengt instabiliteit en dat is waar de Chinese autoriteiten begrijpelijkerwijs een broertje dood aan hebben.
Chinezen zijn over het algemeen verschrikkelijk slim en zien overal een mogelijkheid in. In beeldspraak: De ruimte tussen het plaatsen van de voeten tijdens het marcheren in de Chinese militaire parade wordt gebruikt om er een mogelijkheid van te maken om zich economisch te bewegen.
Met andere woorden al is het schijnbare risico op verdrukking groot, een Chinees zal zich atletisch en ongezien bewegen om zijn doel te bereiken. In veel van onze ogen stiekem, in Chinese ogen puur sportief.
Een fiks deel van mijn bezoeken in China stonden in het teken van defensie. Van het ministerie van Defensie tot een legerbasis waarin commando’s hun krijgskunsten lieten ziet. Een ontvangst op een marinebasis in Shanghai. Ogenschijnlijk strakke protocollen en een modus van “niet bewegen”.
Toch bewoog ik mij vrij. Geen geheime dienst, politie of militair die mij een strobreed in de weg legde. Exceptioneel? Ja, ergens wel of misschien toch ook niet?
Natuurlijk haalden de Chinese autoriteiten trucjes uit om te weten wat ik allemaal eventueel uitspookte, maar ik ken hun spel en wellicht, zeer wellicht, kenden zij de mijne.
Ik ben er met een open blik naar toe gegaan, ik wilde me laten verrassen door wat ik zag. Ik speelde het spel open. Ik was heel transparant en eerlijk naar de Chinese autoriteiten zonder ze te schofferen. Dat heeft mij onvergetelijke en unieke momenten opgeleverd. Daarnaast ook unieke mogelijkheden. De oude wijsheden van Confusius (500 v. Chr.) zitten dieper dan doctrines uit het het rode boekje van Mao.
Het eerste wat ik waarnam is dat een gemiddelde buitenlandse parlementariër in China niks kan betekenen. Je moet niet op en met stokpaardjes aankomen over wat er zogenaamd allemaal wel niet mis is. Je zadelt je op een veelkleurige Chinese draak die de kronkels volgt van het Chinese denken zoals een Chinese draak dat doet tijdens het vieren van het Chinees nieuwjaar.
De corona-crisis zoals we die nu kennen is geen moment om de Chinese politiek te bestoken. U stelt daar waarschijnlijk tegenover “ja maar artsen en anderen waarmee iets zou zijn gebeurd?”. Hier loopt de moderne directe communicatiemaatschappij tegen een duizenden oude jaren cultuur van onder geen enkel beding gezichtsverlies willen lijden.
Natuurlijk zitter er scheuren in dit oude Chinese dogma maar het zal nog heel lang duren voordat dit dogma te doorbreken valt, als het al te doorbreken valt. Want iedere breuk in de Chinese samenleving zorgt voor instabiliteit en dat is iets wat de Chinese autoriteiten niet op prijs stellen. Immers dit doet afbreuk aan het aanzien van de Volksrepubliek China en haar bevolking.
Hoe zouden we de Chinese corona-crisis dan in deze moeten beschouwen? Niets, maar dan ook niets duidt er op dat de Chinezen de zaak niet serieus nemen en er niet overeenkomstig naar handelen. China is er bij gebaat om zo snel mogelijk met alle middelen die ze ter hand hebben deze crisis te beheersen en onder controle te krijgen en te houden.
Maar waarom verzwijgt China dan eventueel zaken? Daar hebben we het weer, het gezichtsverlies. China wil internationaal echt niet aangezien worden voor een boevenstaat. Dat is China ook niet. Alleen China hangt niet graag de vuile was buiten. Zij, de mensen die dat wel doen, worden volgens Chinese culturele opvattingen gezien als verraders die het land schaamte en gezichtsverlies toebrengen. Het motief is dus niet primair om iets te verbergen maar primair om gezichtsverlies te voorkomen. Het “verbergen” waar de Chinezen dat nodig achten kabbelt er opportunistisch in mee. De Chinezen lossen hun zaakjes zelf wel op. U ziet dat al onder de Chinezen die in Europa woonachtig zijn en een zeer gesloten gemeenschap vormen zonder anderen tot last te willen zijn. De façade van de parade dient kosten wat het kost omhoog gehouden te worden.
Daar kunt u wel iets van vinden, maar de vraag dient zich aan of u er wel iets van te vinden heeft. Ja, u mag er iets van vinden zodra het buitenland hiervan nadelige effecten ondervindt. U woont immers niet in China.
Geven de Chinezen de oorzaak van de uitbraak dan nooit prijs? Ja, dat gaan ze wel doen zo ik verwacht, maar niet middels een persconferentie. Via voor buitenlanders “moeizame” diplomatieke gesprekken waar veel geduld voor nodig is, zal China de oorzaak wel gaan prijsgeven. Op directe vragen krijg je in China altijd een ontwijkend antwoord. Immers zij willen u niet schofferen en zijn willen zichzelf een publieke neergang besparen. Oosters-filosofisch ingestelde buitenlandse diplomaten met veel geduld, wijsheid en maturiteit kunnen de gesprekken wel gaande houden en zorgen dat de Chinezen niet teveel gebruuskeerd worden. Immers de parade loopt door, het uiteenvallen van de parade leidt tot gezichtsverlies en dat werkt averechts.
China trekt heus wel conclusies uit de gebeurtenissen, zoals zij vaker harde conclusies trekt wanneer er zich ernstige ongevallen of catastrofes voordoen. De verantwoordelijke worden publiekelijk en ferm voor het gerecht gebracht. De Chinese magistratuur is in bepaalde zaken ook helemaal niet te beroerd om voor misdrijven die daar volgens de Chinese wetgeving voor in aanmerking komen, de doodstraf op te leggen. Immers de daders die ter dood veroordeeld zijn maakten de Chinese samenleving te schande en dat komt in die gevallen te staan op een nekschot.
De Chinese parade moet door. Kennen Chinezen dan geen compassie? Oh jazeker wel. De ladingen mondkapjes die diverse Chinese bedrijven aan Europa schonken moeten daadwerkelijk gezien worden als een teken van vriendschap die de Chinezen uit willen dragen.
Dat dit gepaard gaat met enig zakelijk of politiek opportunisme zit in de aard van de Chinezen, maar als je dat weet dan kun je daar verantwoord mee omgaan. Velen zien de Chinese humanitaire gestes als een vorm van omkoperij.
Dat is het in de ogen van de Chinezen zeker niet en het zou voor de Chinezen beledigend zijn als u dit tegen ze zou zeggen. Zij zien dit als pleisters plakken op de eventueel door hen veroorzaakte wonden. Want het gezichtsverlies doet pijn en eist een symbolische genoegdoening vanuit de Chinese cultuur zelf.
Bezie China niet vanuit westerse ogen, maar vanuit Chinese ogen.
Als u die techniek beheerst en u communiceert er naar, dan gaan in China alle deuren voor u open en leert u ook nog wat van de oude Chinese wijsheden die dagelijks worden toegepast.
China, even gesymboliseerd door De Verboden Stad zoals we die kennen in Beijing, wordt dan een oase van kennis en kunde die vraagt en eist om begrepen te worden. De oase van kennis en kunde vraagt niet om uw instemming. Dat zijn twee verschillende zaken.