#Analyse & Commentaar

Analyse: Nederland schoffeert Servië, NL minister Stef Blok als Europeaan “op zijn jan boerenfluitjes”

door Koos van Houdt

Steeds meer is het Nederlandse ministerie van buitenlandse zaken een soort van buitenkantoor geworden voor de hoge vertegenwoordiger voor het buitenlandse beleid van de Europese Unie. Niets mis met een minister van buitenlandse zaken, wanneer hij ter gelegenheid van Europadag, afgelopen zaterdag, wat opmerkingen maakt. Als één van de 27 loopjongens. Maar toont Stef Blok zich daarmee Europeaan? Hoe speelt hij zijn rol?

Via Twitter en een opinieartikel in Het Financieele Dagblad weten we dat Stef Blok, de zittende minister, vindt dat “de Europese Unie er niet is voor vergezichten, maar voor concrete resultaten”. Stef Blok lijkt daarmee de ideale persoon om het hedendaagse Nederlandse Europabeleid te beheren.

We kunnen niet zonder de Europese Unie, we moeten in die Unie compromissen sluiten, maar we doen er zo koel en zakelijk mogelijk over. Want koel en zakelijk, dat is Stef Blok als politicus.

Europa en Nederland of eerst Nederland en dan Europa: Welke vlag hoort in de top van de vlaggenmast te hangen. Op de foto de Europese en Nederlandse vlag gebroederlijk maar in de juiste hiërarchie in de mast in het Spaanse Mazzaron. Foto: © Peter-Vincent Schuld

Blok was lange jaren binnen de VVD-fractie in de Tweede Kamer actief op de terreinen waarin de cijfertjes een rol spelen. Nuttig, maar toch een beetje bleek voor de buitenwereld. In 2010 werd hij tijdens het kabinet-Rutte I voorzitter van de VVD-fractie in de Tweede Kamer. Zijn eerste echte ervaringen op Europees vlak deed hij op in zijn korte periode als minister van justitie tussen 27 januari en 26 oktober 2017.

In juni van dat jaar probeerde hij als demissionair bewindsman de in maart verkozen nieuwe Tweede Kamer over te halen mee te doen aan het op te richten bureau van een Europees Openbaar Ministerie. Hij deed dat zo koel en zakelijk dat de Tweede Kamer het verzet daartegen op dat moment handhaafde en daarmee vestiging van dat bureau in het nieuwe kantoor van Eurojust in Den Haag blokkeerde. Daar was al ruimte voor deze bijpassende dienst gemaakt. Maar nu werd Luxemburg uiteindelijk de vestigingsplaats.

Toen al leek de huidige minister van buitenlandse zaken de Europese Unie als instelling te zien, waarin bevlogenheid geen rol hoorde te spelen. Diezelfde houding toonde de minister vorige week maandag in de Tweede Kamer. Daar besprak hij met de volksvertegenwoordigers de Balkantop van 6 mei. De kamerleden spraken de frustraties van zich af vanwege de toestemming van het kabinet eind maart om Noord-Macedonië en Albanië de status van kandidaat-lidstaat te geven.

Voor minister Blok is daarmee weinig veranderd. Dat bleek toen hij vragen beantwoordde over de situatie in al wel kandidaat-lidstaat Servië. Daar gaat premier Vucic voorop bij het prijzen van China voor de hulp bij levering van beschermende materialen tegen de coronacrisis. “De Europese Unie doet niets voor ons”, zo koppelde hij vast aan die boodschap.

Minister Blok was laconiek. Servië is nationaal en internationaal een vrij land. Het land heeft een hoop te winnen bij lidmaatschap van de Europese Unie, maar is nergens toe verplicht. Ogenschijnlijk lijkt dat een correcte boodschap. Maar onze minister van buitenlandse zaken weet kennelijk niet dat de Europese Unie een rechtsgemeenschap is met een eigen Europese rechtsorde.

Qua cultuur liggen Servië en de landen binnen de Europese Unie dicht bij elkaar met een gedeelde christelijke oorsprong. Op de foto Serviërs die demonstreren tegen de NAVO-aanvallen gedurende het Kosovo-conflict voor het hoofdkwartier van de NAVO in Brussel, België Foto: © Peter-Vincent Schuld

Servië als Europees land kan het lidmaatschap aanvragen. Als het dat doet en het wordt toegelaten tot onderhandelingen, dan moet het voldoen aan de eisen, die daartoe in het Europese recht zijn vastgelegd. Dan is de positie van dat land ten opzichte van de Europese Unie niet meer vrijblijvend. Maar de minister gaat fluitend voorbij aan deze juridische positie van Servië binnen het Europese recht.

Komende vrijdag zit de minister in videoconferentie met zijn Europese collega’s onder voorzitterschap van hoge vertegenwoordiger Josep Borrell. Daar bespreekt hij onder meer de dreigende situatie rond de burgeroorlog in Libië. Voor de Europese Unie gaat het om een bouwsteen in de strategie meer te betekenen als geopolitieke macht. Je zou zeggen dat de minister daar vanuit Europees oogpunt wat van vindt.

Vlag van het onrustige Libië, voorwerp van Europese gesprekken

Maar Blok is vooral blij een diplomatiek succesje te kunnen melden. Nederland wordt partij bij deze onderhandelingen, die onder leiding staan van de Verenigde Naties. Samen met het neutrale Zwitserland wordt Nederland co-voorzitter van de International Follow-Up Committee, die de bevordering van de mensenrechten en de opbouw van de rechtsstaat in een ‘nieuw’ Libië moeten begeleiden.

Op zichzelf nuttig werk. Er is niets mee mis. Maar in een brief aan de Tweede Kamer over de agenda voor de Europese ministerraad van buitenlandse zaken staat het komisch. Nederland draagt hier bij aan het Europese buitenlandse beleid. Dat is prima en deze taak past ook bij de sterke punten van de Nederlandse bijdrage aan de Europese Unie. Maar zeg dat dan ook eerlijk en ronduit.

Maar het past ook bij de houding die minister Blok voortdurend toont wanneer hij actief is namens lidstaat Nederland. Hij vergeet zijn status als loopjongen. Concrete stappen prima. Niet Europees dwarsliggen, maar ook geen bevlogenheid. Stef Blok is Europeaan op z’n janboerenfluitjes.

Leave a comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *