Vlaanderen moderniseert haar infrastructuur voor de Europese binnenvaart: Albertkanaal en andere knelpunten aangepakt
door Jan Schils
De Vlaamse Waterweg NV, die de binnenlandse vaarwegen in Vlaanderen beheert,
investeert sedert enkele jaren fors in de modernisering van het ruim 80 jaar
bestaande Albertkanaal tussen de haven van Antwerpen, het voormalige Limburgse
en inmiddels geherstructureerde steenkolenmijnengebied en de Luikse industriële
regio om de capaciteit van deze belangrijkste Belgische waterverbinding verder
te vergroten.
De operatie bij uitstek daarbij is de verhoging van alle huidige bruggen over het
kanaal naar 9,10 meter, zodat ook de steeds grotere en zwaarder beladen
binnenschepen met vier lagen containers veilig en vlot onder alle bruggen kunnen
doorvaren. Ook door Nederlandse binnenschippers wordt het Albertkanaal, dat op
30 juli 1939 officieel werd geopend door koning Leopold III en koningin
Elisabeth, sinds tientallen jaren druk bevaren.
Begin juli nog werd de nieuwe brug in Herentals op haar plaats geschoven en
werden de brug in Lummen en de oude Theunisbrug in Antwerpen afgebroken. Het
kanaal is ter hoogte van deze brug amper 48 meter breed en op zijn smalst.
Daarom wordt het kanaal daar tot 90 meter verbreed. Intussen zijn 43 van de 62
bruggen al verhoogd en zijn 13 andere bruggen in uitvoeringsfase. Eind 2022 moet
het hele traject klaar zijn en wordt het Albertkanaal meer dan ooit met meer dan
40 miljoen ton vervoerde goederen per jaar de belangrijkste waterweg van niet
alleen Vlaanderen maar van heel België. De lengte van het Albertkanaal van de
Antwerpse haven tot het Luikse industriegebied bedraagt 129 km.
Zo wordt het voor logistieke spelers en ondernemers nog aantrekkelijker om
vrachtwagens in te ruilen voor de binnenvaart, hetgeen nu al vaak gebeurt. Over
het kanaal worden dan ook op jaarbasis ruim 400.000 containers vervoerd. Door de
teloorgang van de Luikse staalindustrie en de Nederlandse mijnbouw verminderde
de transitfunctie van het kanaal aanzienlijk. Maar de stijgende vestiging van
bedrijven langs het kanaal, die het grootste deel van de goederentrafiek naar
zich hebben toegetrokken, heeft die leemte voor een belangrijk deel kunnen
opvullen.
De directeur van de Vlaamse Waterweg NV, Chris Danckaerts, verwacht grote
voordelen voor het vervoer over het kanaal en voor de schippers als het huidige
bruggenprogramma eenmaal achter de rug is. Transporteconomen van Vlaamse
universiteiten delen zijn mening.
De algemene verwachting luidt dan ook dat het goederenvervoer over het kanaal
vanaf 2023 een geweldige boost zal meemaken. Gesproken wordt van “tot een derde
meer vervoer in enkele jaren”, waarvan ongetwijfeld door Nederlandse schippers
met hun moderne schepen een flink deel van de koek voor hun rekening zal worden
genomen. Als voorwaarde om dat te realiseren klinkt bij de transporteconomen het
sleutelwoord: “innovatie”.
1100 km waterwegen
De
Vlaamse Waterweg nv beheert circa 1.100 km aan bevaarbare waterwegen
in Vlaanderen. “Een uitgebreid waterwegennet dat veel potenties biedt
voor binnenvaart en waterbeleving”, zegt Danckaerts. De Vlaamse Waterweg
heeft zich volgens tot doel gesteld om voortdurend betrouwbare
toekomstgerichte, slimme en innovatieve waterwegen aan klanten en
gebruikers aan te bieden. Een sterk product moet nog meer ondernemers
overtuigen om te kiezen voor vervoer via binnenvaart, meent de baas van
de waterwegen.
De
Vlaamse Waterweg investeert daarom fors in het onderhoud en de uitbouw
van het Vlaamse waterwegennet om binnenvaart zo nog meer kansen te
geven. Het Seine-Scheldeproject (de komende waterverbinding tussen de
regio Parijs en Antwerpen / Rotterdam) en alsook de verhoging van de
bruggen over het Albertkanaal zijn de twee strategische projecten die
het meest tot de verbeelding spreken.
Eind
augustus 2017 ondertekenden De Vlaamse Waterweg nv en de nv Via T
Albert het contract voor het “PPS-project Verhoging bruggen Albertkanaal
– cluster 1”. Hiermee sloten beide partijen een publiek-private
samenwerkingsovereenkomst voor zowel het ontwerp, de bouw, de
financiering alsook het 30-jarige onderhoud van zeven bruggen over het
Albertkanaal. Het ging om de bruggen in Eigenbilzen, Zutendaal,
Stokrooie, Kwaadmechelen Zwartenhoek, Eindhout, Geel-Stelen en
Herentals-Lier. In Zutendaal is eind december 2017 het officiële
startschot gegeven voor de herbouw van de zeven bruggen uit deze
cluster. Half mei 2019 werd in Eindhout de eerste brug uit deze cluster
geopend en eind december 2019 is laatste van deze zeven bruggen
(Eigenbilzen) geopend. Eind april 2019 stelde De Vlaamse Waterweg de nv
Via T Albert aan om nog eens acht bruggen over het Albertkanaal te
herbouwen. Het gaat om de bruggen in Beringen, Paal-Tervant,
Meerhout-Vorst, Lummen, OelegemII (Ranst), Herentals (Herenthoutseweg),
Kuringen, Hoogmolenbrug (Schoten). In 2022 zullen ook al deze bruggen
herbouwd zijn. Het gaat om stalen boogbruggen met een gewicht van ca.
1000 ton van een generiek type dat ook elders over het Albertkanaal werd
gebouwd. Dat resulteert in beperkte ontwerpkosten en een
onderhoudsvriendelijk concept. Andere bruggen (o.a. de Theunisbrug aan
het sportpaleis in Antwerpen, de spoorbruggen van Herentals en
Hasselt-Kuringen, de brug van Wijnegem) worden gebouwd of aangepast via
klassieke aanbestedingen. Het streefdoel van De Vlaamse Waterweg is om eind 2022
alle bruggen op hoogte te hebben.
Verbinding Schelde met Seine
Ook
het Seine-Scheldeproject is op Belgisch grondgebied in volle
uitvoering. Daarbij gaat de aandacht vooral naar de upgrade van de
Ringvaart rond Gent en de opwaardering van de Leie: Het Seine-Schelde
initiatief is een Europees binnenvaartproject dat bouwt aan een sterk
aaneengesloten waterwegennetwerk dat Schelde- en Seinebekken met elkaar
verbindt. Vlaanderen verruimt hiertoe de Ringvaart, de Leie en de
aansluitende waterwegen. Om de druk op het dichtgeslibde wegennetwerk te
verlichten, ziet Europa het als een belangrijke missie om een
verschuiving van transport over de weg naar transport via het water te
realiseren. Seine-Schelde is een belangrijke transportroute in de drukst
bevolkte regio van Europa en voor Vlaanderen van groot belang voor het
logistiek waterwegennetwerk en de Vlaamse zeehavens. Dat kan ook voor de
haven van Rotterdam worden gezegd.
Intussen
zijn de werken op de Ringvaart bijna voltooid en ook de Leiewerken
verlopen voorspoedig : het sluis-en stuwcomplex in Harelbeke werd vorig
jaar operationeel en eind augustus zal ook de nieuwe grotere sluis in
Sint-Baafs-Vijve klaar zijn voor gebruik. Bruggen in Harelbeke en Wervik
werden al herbouwd tot bruggen met een doorvaarhoogte van 7 m (norm
voor drie-lagen-containervaart). De volgende jaren staan de herbouw van
andere bruggen (Menen, Ooigem-Desselgem, Bissegem) op het programma
evenals de aanpassing van de Leie zelf met als tijdshorizon 2027.
Niet alleen de bruggen over het Albertkanaal worden door de Vlaamse Waterweg nv
aangepakt, ook elders wordt de modernisering van belangrijke bruggen niet
vergeten. Dat is onder andere het geval met de Brielenbrug, een beweegbare
hefbrug over het Zeekanaal Brussel-Schelde in Willebroek (Tisselt). De brug werd
gebouwd in 1968 en heeft een metalen beweegbaar gedeelte van ruim 38 meter lang
en bijna 12 meter breed. De brug vormt een belangrijke verkeersader, Om de
Brielenbrug de komende decennia beschikbaar te houden was vernieuwing van de
elektromechanische uitrusting noodzakelijk. Een gespecialiseerd aannemer legt op
dit moment in opdracht van de Vlaamse Waterweg nv de laatste hand aan de
aandrijving, sturing en elektrische installatie van de brug. De werken zijn in
april 2020 gestart en de vernieuwde installatie zal als alles volgens plan
verloopt op 1 september operationeel zijn.
Temse
Op 18 april jl. startte de Vlaamse Waterweg met dringende herstellingswerken aan
de oude Scheldebrug Bornem‐Temse op de N16 tussen Mechelen en Sint‐Niklaas. Er
was schade aan de stalen brugdekplaat van het beweegbaar gedeelte.
Aanvankelijk was voorzien dat de werkzaamheden zouden duren tot 18
juni. Na
bijkomend onderzoek bleek de stalen brugdekplaat van het beweegbaar
brugdeel veel meer scheuren te bevatten dan ingeschat. De aannemer heeft
bijgevolg tot eind september 2018 nodig om de schade grondig te
herstellen. .
Keuze voor binnenvaart
Duurzaamheid,
flexibiliteit en efficiëntie doen steeds meer bedrijven kiezen voor de
binnenvaart. En dat past perfect in het beleid van de Vlaamse regering
om de binnenvaart nog prominenter naar voor te schuiven voor
goederenvervoer. Op de Leie wordt momenteel 10 miljoen ton vervoerd per
jaar, het equivalent van 580.000 vrachtwagens jaarlijks. Na de
realisatie van het Seine-Scheldeproject zal dit aantal wellicht
verdubbelen. De uitbreiding van de terminal in Wielsbeke en de nieuwe
overslagterminal in Roeselare zullen die evolutie alleen maar
versterken.
Investeren
in de uitbouw van het waterwegennet is één zaak, maar het blijft een
grote uitdaging voor Vlaanderen en De Vlaamse Waterweg nv om nog meer
ondernemers te overtuigen om de stap naar de waterwegen en de
binnenvaart te zetten, zegt Danckaerts. Daarom biedt de Vlaamse Waterweg
bedrijven watergebonden bedrijventerreinen en zet zich in om via
publiek-private samenwerking kaaimuren te bouwen. Maar ook door zelf te
innoveren en innovatie op en langs het water te stimuleren. Zo paste De
Vlaamse Waterweg de regelgeving aan waardoor het mogelijk is om
toestemming te verlenen voor testen met onbemand varen. Sinds november
2019 wordt bijvoorbeeld op het kanaal Ieper-IJzer en het kanaal
Plassendale-Nieuwpoort met vanop afstand bestuurde onbemande duwbakken
grondspecie vervoerd.
Nieuwe technologie
Ook
de broodnodige innovatie wordt niet vergeten. De Vlaamse Waterweg is er
namelijk van overtuigd dat innovaties met betrekking tot automatisering
en digitalisering de sector vooruit kunnen helpen. De uitvoering van
het Smart Shipping-programma zal slimme regelgeving,
scheepvaartmanagement en scheepstechnologie alle kansen bieden in
samenwerking met alle partijen. De nieuwe technologie die thans wordt
ingezet, zet de binnenvaart nadrukkelijker op de kaart als groen, veilig
en competitief alternatief voor het wegtransport.” De Vlaamse Waterweg
is ook verantwoordelijk voor de waterbeheersing van het waterwegennet.
Het vermijden van wateroverlast en het omgaan met waterschaarste
vertalen gebeurt door investeringen in de uitvoering van het Sigmaplan
en de installatie van pompinstallaties op de sluizen van het
Albertkanaal. In het stroomgebied van de Schelde worden gecontroleerde
overstromingsgebieden met versterking van natuurwaarden en met ruimte
voor toeristisch-recreatieve beleving aangelegd tegen de de
klimaatverandering. De pompinstallaties zorgen ervoor dat waterschaarste
geen gevolgen heeft voor de waterweggebruikers.
Het
verzekeren van transport van goederen is een essentiële dienst in het
belang van maatschappij en bevolking. Volgens Danckaerts zijn de
binnenvaart en de waterwegen dan ook tijdens de coronacrisis volledig
operationeel gebleven om de economische activiteiten in Vlaanderen te
verzekeren door een vlotte toelevering van goederen via het water. De
normale bedieningstijden van de sluizen en bruggen op de Vlaamse
waterwegen bleven onverminderd in tact. Pleziervaart bleef tot begin
juni niet mogelijk door de strenge sanitaire maatregelen. Bij de
infrastructuurprojecten liggen er momenteel geen werven meer stil
ingevolge COVID-19. De meeste werven zijn ook grotendeels operationeel
gebleven met geringe vertragingen.