Stuitend: Rechtsstaat in NL blijkt nog slechter dan we dachten. Over hooggeleerde domheid en de Raad van State
Inleiding: Collega Koos van Houdt, meer dan 40 jaar journalist, is van
oorsprong jurist en mag de titel “meester in de rechten” dragen. Bij Facts
Found kijken we vaak niet met politieke ogen maar eerder met juridische
ogen. Koos legt in dit stuk haarfijn en begrijpelijk uit wat er nog meer
niet deugt aan de Nederlandse rechtsstaat. Dit is nog maar een begin, want
er is nog meer. In dit stuk neemt Koos onder meer de Raad van State op de
korrel. (red-PVS)
door Koos van Houdt
Dom. Een beetje dom. Dat was toch de gedachte die opkwam na hooggeleerde kritiek
op het voorstel van Pieter Omtzigt (CDA) om de Nederlandse rechtsstaat door
internationaal erkende deskundigen van de Raad van Europa (de zogenaamde Venetië
Commissie) te laten doorlichten.
Henri de Waele, hoogleraar internationaal en Europees recht aan de Radboud
Universiteit in Nijmegen reageerde: “Alsof je als volwassene aan een andere
volwassene vraagt of je veters goed zitten…. Je zou zelf je veters moeten kunnen
strikken”.
Is de hoogleraar zijn eigen kindertijd vergeten? Als peuter speel je alleen. Je
hebt nog niet geleerd dat er ook anderen in de wereld om je heen leven. Maar ben
je kleuter geworden en ga je eenmaal naar school, dan gaat er een wereld voor je
open. Je hebt niet alleen ouders, maar leert dat ook de juf of meester jou iets
leert. Je leert met leeftijdgenoten samen te spelen. In die eerste jaren op
school leer je plakken en knippen, leer je met vriendjes en vriendinnetjes samen
op te trekken. Je leert van elkaar: de één kan dit, de ander dat. Je leert samen
te spelen en je leert ruzie te maken. Je leert dat er regels zijn, waar je je
aan moet houden. Want anders wordt het een puinhoop. En ja, je leert elkaar hoe
je veters moet strikken.
Het is toch jammer dat een hoogleraar Europees recht zich dit niet herinnert.
Want wil je nu iets op een begrijpelijke wijze duidelijk maken dan is het wel
dit. In de Europese Unie bestaan ook regels, waardoor we het met elkaar kunnen
uithouden. De ene lidstaat doet dit goed, de andere dat. Je leert van elkaar. En
wie lid van de club wil zijn, moet zich ook aan de gezamenlijke regels houden.
Juristen hebben er moeilijke woorden voor. De regels staan in de Europese
verdragen. En de basis van al die regels zijn de spelregels van de rechtsstaat.
In Nederland vind je die terug in de Grondwet.
Dit verhaal is niet bedoeld om zo nodig Pieter Omtzigt in alles gelijk te geven.
Maar het is op school al zo dat wie iets bijzonders presteert een sticker van de
juf of meester bij zijn werk geplakt ziet. In dit geval heeft Pieter Omtzigt
Nederland geholpen een grote fout in te zien. Ook Nederland voldoet niet aan de
regels van de rechtsstaat. En dat is slecht voor gewone mensen. Immers, een oude
Bijbelse waarheid zegt: De overheid is er u ten goede. Tienduizenden ouders
hebben de afgelopen tien jaar het tegendeel ervaren.
Maar er is een tweede punt dat toch zeker door een hoogleraar Europees Recht
doorzien moet worden: als in de Europese Unie sommige leden de spelregels van de
rechtsstaat schenden, dan is dat de bijl aan de wortel van de Unie. Wie tegen de
Europese Unie is zal zich daarbij in de handen wrijven. Ongeacht de gevolgen
voor gewone mensen. Maar wie zo naar de Europese Unie kijkt miskent, hoeveel die
Unie inmiddels aan goede dingen voor gewone mensen oplevert.
Dus mensen: laten we elkaar leren onze veters te strikken. Laten we elkaar leren
hoe we in de Europese Unie de regels van de rechtsstaat overeind houden. Daarom
hebben we bij Facts Found aan het begin van dit jaar gezegd dat we jullie in dit
jaar wat meer laten lezen over deze spelregels. Zogezegd: iets overbrengen van
onze kennis over de juridische basis onder de Europese Unie. Om te beginnen bij
Nederland. Daar is de rechtsstaat luidruchtig door de mand gevallen in de
Toeslagenaffaire. En België. Daar wordt bij voorbeeld in strijd met de
spelregels van de Europese Unie een reisverbod afgekondigd.
Maar in dit geval richten we de schijnwerpers op de Toeslagenaffaire. Na het
vernietigende rapport van een commissie uit de Tweede Kamer onder de titel
‘Ongekend onrecht’ werd iets duidelijk, waarover we al veel eerder hadden willen
schrijven. Namelijk dat er ook in Nederland veel niet pluis is als het gaat om
de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht. Nederland probeert in de
Europese Unie voorop te lopen om de lidstaten Polen en Hongarije aan de
schandpaal te nagelen. Het zou daar niet pluis zijn met de onafhankelijkheid van
de rechterlijke macht. Maar in eigen land is een beetje in het verborgene
daarover de afgelopen jaren op een verkeerde manier huiswerk gemaakt. Daardoor
is juist Nederland niet geloofwaardig in dit optreden.
Dat uitleggen kan niet in één zin of alinea. In het rapport over de
Toeslagenaffaire staat dat de rechter de wetgever in het gelijk heeft gesteld
nadat hardvochtige regels zijn geschreven. Als je het zo stelt dan kun je nog
beweren dat diezelfde rechter gewoon zijn plaats kende. Die wilde niet wijzer
zijn dan de wetgever.
De afgelopen weken stond het Nederlands Juristenblad vol artikelen van
hooggeleerde en andere geleerde juristen. Die hebben haarfijn uitgeplozen dat de
wetgever indertijd veel minder hardvochtige regels had geschreven. Het probleem
was dat wij, dat vooral ook de rechter, in dit geval de regels niet goed had
gelezen. Een eervolle vermelding moet hier ook gaan naar Gerard Jan Hamilton,
tot voor kort griffier van de Eerste Kamer, die zich de afgelopen maanden en
weken ook actief toonde. Ook hij verscherpte door zijn persoonlijke inzet het
inzicht in wat er concreet allemaal fout is gegaan. Maar zelfs de mensen die
deze regels hadden gemaakt, de betrokken ministers, de leden van de Tweede Kamer
waren vergeten wat ze zelf hadden opgeschreven.
Had de rechter daar niet in alle onafhankelijkheid de vloer mee kunnen aanvegen?
Ja, dat had de rechter kunnen doen. Maar als je Raad van State heet, dan is er
iets bijzonders aan de hand. De leden van de Raad van State zijn vaak
oud-ministers of oud-leden van de Tweede Kamer. Ze leven net als onze nationale
politici onder een steen. Ook wel genoemd de Haagse kaasstolp.
De leden van de Raad van State zijn minder onafhankelijk dan we wel willen.
Vooral over de zogenaamde afdeling rechtspraak wordt dan ook al heel lang
discussie gevoerd. We zijn het alweer vergeten. Maar het Europese Hof voor de
Rechten van de Mens in Straatsburg heeft al eens geoordeeld dat het niet goed is
dat rechtszaken tegen de overheid worden beslist door een afdeling van de Raad
van State.
Maar Nederland dacht zijn eigen veters wel te kunnen strikken. Er was een plan om
de Hoge Raad, de hoogste rechter in Nederland voor geschillen tussen burgers
onderling en voor strafrechtelijke vergrijpen, ook te belasten met
rechtsgeschillen tegen de overheid. Dat moesten we maar niet doen, zeiden ze
tegen elkaar onder de Haagse kaasstolp. We blijven gewoon onze eigen veters
strikken en de Raad van State daarmee belasten.
Zo bezien is de Toeslagenaffaire een verschrikkelijk bewijs voor deze aantasting
in Nederland van de spelregels van de rechtsstaat. De Raad van State was gewoon
vriendelijk voor de geestverwante en hun bekende bestuurders bij de nationale
overheid. Je kunt niet eens zeggen dat het onbedoeld was. Want er is vele
jarenlang en breed over gesproken om ook op dit punt de onafhankelijkheid van de
rechter te versterken. Het resultaat was in feite van dezelfde schandalige orde
als we nu zien met de aantasting van de spelregels van de rechtsstaat in Polen
en Hongarije.
Een lichtpuntje: in Nederland pikken vele juristen op de universiteiten het niet.
Zij protesteren niet alleen ten gunste van hun collega’s in Polen en Hongarije.
Zij hebben in Nederland in ieder geval nog de ruimte om zonder problemen deze
misstanden aan de kaak te stellen. Het Nederlands Juristenblad staat er vol van.
Zij willen best helpen de veters te strikken van de Polen en Hongaren.
Maar door de situatie in eigen land kunnen zij toch minder met gezag spreken als
ze het over Polen en Hongarije hebben. Vorige week schreef hoogleraar John
Morijn van de Groningse Universiteit dat de Europese Commissie met steun van de
lidstaten veel verder kan en moet gaan om de rechtsstaat in die landen te
herstellen. Terecht.
Maar misschien ook net een tandje te scherp. Niet alle leerlingen van de klas
zijn gelijk. Sommige doen het beter met rekenen, anderen met lezen. Sommigen
doen hun best, anderen proberen de zaak te verzieken. Maar in Polen en Hongarije
zitten ze ook met een erfenis aan onbetrouwbare rechters uit de communistische
tijd. We moeten helpen zodat ook zij hun eigen veters kunnen strikken. Maar we
moeten niet hooghartig en arrogant worden.
Dus lijkt het een goede zaak als ook Nederland bereid is eens te luisteren naar
wat deskundigen uit andere hoeken en gaten van Europa en de rest van de wereld
ons kunnen vertellen over hun inzichten inzake de rechtsstaat. Zo leren we net
als kleuters hoe we beter onze eigen veters kunnen strikken.