PSA en Total krijgen Europese “Go” om samen voertuigbatterijen te ontwikkelen, capaciteit elektriciteitsdistributie in vraag
Door Peter-Vincent Schuld
Veel Europese politici zijn het over veel zaken oneens, maar waar ze elkaar in
vinden is de gedeelde overtuiging dat Europa industrieel minder afhankelijk moet
zijn van het “buitenland”.
Een voorbeeld van deze geringere afhankelijkheid is het akkoord dat de Europese
Commissie heeft gegeven aan een samenwerkingsverband van de Franse
autoconstructeur PSA en de Franse energiereus Total.
De Europese Commissie heeft geen concurrentiebezwaren en dus kunnen de twee
industrieconglomeraten samen gaan werken aan de ontwikkeling van batterijcellen
voor elektrische voertuigen.
PSA is sinds de overname van de automerken Opel en Vauxhall (voorheen General
Motors) één van de grootste spelers geworden op de Europese markt van
autoconstructeurs.
Beide ondernemingen waren in de afgelopen jaren al aan het prospecteren om
partners te vinden voor de ontwikkelingvan batterijen voor voertuigen.
De
beide van origine Franse ondernemingen vonden elkaar en legden de Brusselse
mededingingsautoriteiten hun voornemen voor om samen tot de ontwikkeling en
productie van de batterijen te komen en daarvoor een nieuwe onderneming op te
richten.
In deze onderneming zullen de holding PSA, dochteronderneming Opel en Total
via haar industriële batterijenproducent SAFT gaan participeren. Het is de
bedoeling dat vanaf 2024 de productiefaciliteit operationeel zal zijn.
In Frankrijk is het uitrollen van een netwerk waar elektrische voertuigen
opgeladen kunnen worden nog maar amper goed en wel van start gegaan. Er bestaan
tot op de dag van vandaag veel vragen over de toekomst van elektrische
rijden.Het is dan ook nog maar de vraag of de vloot van elektrische voertuigen
aansluiting vindt bij de distributiecapaciteit van elektriciteit.
In Nederland zullen de beheerders van het landelijke netwerk Tennet en de
regionale netwerkbeheerders zoals Liander, Enexis en Stedin miljarden moeten
gaan investeren in de netwerken om te voldoen aan de vraag naar elektriciteit.
Niet alleen omwille van het plaatsen van de zogenaamde laadpalen waaraan
voertuigen opgeladen kunnen worden maar ook om de warmtepompen te voeden die her
en der in de plaats komen van de reguliere aardgasaansluitingen.
De doelmatigheid van en de geluidshinder veroorzaakt door warmtepompen
roepen thans veel vragen op.Het is allerminst zeker dat deze laatste noviteit
het grootschalig gaat winnen van het traditionele aardgas.