In Memoriam: Wim Kok (1938-2018)
In Memoriam: Wim Kok (1938-2018)
Als Europeaan was Wim Kok vooral sociaal-democraat
door Koos van Houdt
Hij sloeg met de vuist op tafel. Nog niet eens echt minister-president, maar wel
winnaar van de laatste verkiezingen, las Wim Kok in juni 1994 al zijn collega’s
en de Duitse bondskanselier Helmut Kohl in de eerste plaats de les. Op luide
toon en zonder een woord Frans.
–
Ruud Lubbers was als scheidend minister-president na de verkiezingsnederlaag van
het CDA in mei 1994 als kandidaat naar voren geschoven voor het voorzitterschap
van de Europese Commissie. Helmut Kohl blokkeerde dat aan het diner tijdens de
Europese Raad op het paradijselijke Griekse eiland Corfu. Wim Kok nam in zijn
rol als demissionair vice-premier en bovendien komende man namens Nederland in
de Europese Raad, geen blad voor de mond. Iedereen in de Europese Unie wist
opeens wie Wim Kok was. Het hielp Lubbers overigens niet.
In het derde-kabinet Lubbers (1989-1994) was Wim Kok vice-premier en minister van
financiën. Het waren de jaren na de Val van de Muur, het optimisme over de
heling van Europa, maar ook de teleurstelling over de burgeroorlogen op de
Balkan. “De oorlog is terug in Europa”, zo werd dat onder woorden gebracht. In
de nationale politiek waren het de jaren waarin de VVD’ers Zalm en later ook
Bolkestein hun partij in de oppositie op een koers brachten, die als
Europa-kritisch of ook wel eurosceptisch de geschiedenisboeken is ingegaan. Die
koers veranderde niet door de verrassing van paars in de jaren tussen 1994 en
2002.
–
Des te scherper komt naar voren dat Wim Kok zich als Europeaan in hart en nieren
opstelde. Hij had dat niet alleen geleerd in de Europese koepel van nationale
vakbonden. Hij was het ook uit overtuiging. Dat bewees hij als eerste
onderhandelaar namens Nederland over het deel van het Verdrag van Maastricht
(1991) dat gaat over de Economische en Monetaire Unie en over de oprichting van
de Europese eenheidsmunt, die later tot ‘euro’ werd gedoopt. Kok kan daarom
naast Jacques Delors, de toenmalige voorzitter van de Europese Commissie, wel
degelijk als vader van de euro worden beschouwd. Dat is nog eens wat anders dan
het ‘kwartje van Kok’, dat sommigen in Nederland nog steeds boos maakt.
Wim Kok hoefde het Europese beleid niet van anderen te leren. Dat kwam wellicht
ook omdat in die jaren de sociaal-democratie tijdelijk tot de belangrijkste
stroming in de Europese politiek uitgroeide. In ieder geval was Kok niet alleen
het rolmodel voor de Amerikaanse president Bill Clinton, maar vanaf zijn
verkiezing in 1997, zeker ook voor de toen nieuwe Britse prime minister Tony
Blair. De sociaal-democratie moest in de vorm van ‘de derde weg’ in een nieuw
jasje gestoken worden. Het zou het jasje van het overleg en het compromis moeten
zijn in plaats van het sociale conflict tussen werkgevers en werknemers. De
ideologische veren werden afgeschud. Maar niet op zodanige wijze, dat er uit Kok
een liberaal was geboren.
–
Dat bewees hij in zijn latere jaren. Om te beginnen in maart 2000, toen hij samen
optrok met zijn Portugese collega Antonio Guterres. Die wist de Europese Raad,
waarin dertien van de vijftien regeringsleiders van sociaal-democratische huize
waren, te verenigen achter een omvangrijk sociaal-economisch beleidspakket voor
de jaren tot 2010.
Daarin schemerde het sociaal-democratische streven naar een maakbare en sociaal
rechtvaardige samenleving door. In ieder geval moest in dat jaar de Europese
Unie de grootste en sterkste economie van de wereld zijn geworden. In 2010 bleek
door de twee jaar eerder begonnen economische en bankencrisis, lang niet alles
gerealiseerd wat in 2000 was bedacht. Maar de omvang van de Europese economie
was intussen wel voorbij die van de Verenigde Staten gekomen. Alleen nog niet
per hoofd van de bevolking.
–
Ondertussen kon Wim Kok met genoegen noteren dat de sociale tegenstellingen in de
Europese Unie desondanks veel minder scherp liggen dan in de Verenigde Staten en
dat er vanuit de overheid veel aandacht is voor sociale waarden als het
minimumloon, een waardige positie van werknemers, andere vormen van sociaal
beleid en krachtige aandacht voor klimaat en milieu. Economische groei was
prima, als het maar voor dit soort sociale en maatschappelijk gewenste
ontwikkelingen werd ingezet.
Hij was als oud-regeringsleider en in een rol als adviseur voor de Europese
Commissie in november 2004 mede verantwoordelijk voor een tussenrapport over dat
Lissabonproces. Op zijn voorstel besloot de Europese Unie prioriteit te leggen
bij maatregelen die zouden leiden tot meer banen voor gewone mensen. Dat gevecht
voor banen, banen en banen, werd na de crisis in 2008 met kracht voortgezet. Het
is nog steeds een belangrijke prioriteit in het Europese beleid.
–
John Major, die zich vandaag in het Verenigd Koninkrijk ontpopt als gematigd
Europeaan in het debat over brexit, was eigenlijk de belangrijkste tegenstander
van Wim Kok. Major was de man die in 1991, staande op de oevers van de Maas
tegenover het gouvernement van Maastricht, de Britten op het verkeerde been
zette door zich te verzetten tegen de euro en tegen een Sociaal Handvest voor de
Europese Unie. ‘Game, set and match for Britain’ was zijn kreet, die nu door de
brexiteers in zijn land tot in de uiterste consequentie wordt doorgedreven.
–
John Major zat hem ook in juni 1994 dwars, toen hij samen met Helmut Kohl de
actie ‘veto tegen de christen-democraten uit de Benelux’ op Corfu doorzette.
Kohl keerde zich tegen Lubbers, Major tegen de Belgische premier Jean-Luc
Dehaene. Minder bekend, maar zeker zo belangrijk was de rotsblok Major, toen Wim
Kok op 25 juni 1995 in de Zuid-Franse stad Cannes aan de Rivièra, poogde de
nieuwe Europese politieorganisatie Europol democratisch in te bedden.
Politiesamenwerking akkoord, zei Major. Maar geen controle door het Europees
Parlement en geen bevoegdheid voor het Europese Hof van Justitie om klachten
over deze politiedienst te onderzoeken.
Wij, journalisten, waren in die nacht van 25 op 26 juni 1995 in Cannes niet te
beroerd het Wim Kok flink in te peperen dat hij na aanvankelijk steun van
dertien collega’s aan het eind alleen de Beneluxpartners had overgehouden. Kok
beleefde er zijn meest vervelende persconferentie uit zijn periode als
minister-president. Nu, vele jaren later is het in het Verdrag van Lissabon zo
geregeld als Wim Kok in het 1995 al had gewild.
–
Ondertussen was Wim Kok toen en op vele andere momenten tijdens het circus dat
toen nog door de hele Europese Unie trok om overal bijeenkomsten van de Europese
Raad te houden, nooit te beroerd om ons journalisten in het holst van de nacht
tijdens een borrel bij te praten over zijn beweegredenen Europeaan te zijn.
Misschien wel het beste wordt dat getoond in zijn pleidooien daar om domweg die
Donau in Servië schoon te maken en te ontdoen van de puinhopen van de bruggen
die door de NAVO waren kapot gebombardeerd.
Kok zag scherp dat de Balkan een essentieel deel van het Europese continent is,
waar de spanningen en oorlogen zouden moeten stoppen. Anders komt er geen vrede
in Europa en daar zal ook een land als Nederland dan altijd last van blijven
houden. Voor Wim Kok was op die manier de klassieke leer geldend: Wat goed is
voor Europa, is dat ook voor Nederland. Er is geen tegenstelling tussen Europees
belang en Nederlands belang.